Zuid-India: van Chennai (Madras) naar Mumbai (Bombay)

Mumbai

Vrijdag.

Al wat ons rest van deze supervakantie is nog een dag om Mumbai te verkennen. Wegens het Holi-festival is alles dicht en wordt het sightseeing. We huren een taxi in voor een rit door de stad. Mumbai was voor de Britten de poort tot India en ze hebben er heel wat monumenten en gebouwen nagelaten, in de typische koloniale stijl: neo-gotiek gemengd met Hindoe- of islamelementen. Het Victoriastation is een eerste monumentaal voorbeeld in Hindoe-neo-gotiek. Als toonbeeld van de machtige koloniale economie kan het tellen. Het lijkt wel een paleis met al die torentjes, standbeelden, bogen, spuwers en monumentale ingangen.

Wat verder staat het postgebouw, in Indo-saraceense stijl. Het lijkt wel een reuzemoskee met minaretten en een koepel. We rijden dan naar de Gateway of India, een triomfboog opgericht ter gelegenheid van het bezoek van George V en Mary, het Britse koningspaar en hij was tevens keizer van India. Het gebouw werd te laat opgeleverd en het koningspaar moest het doen met een kartonnen kopie. Hier ook verlieten de laatste Britse troepen India in 1947, bij de onafhankelijkheid. Het is nu heel rustig: het is vroeg en niemand moet werken vandaag wegens het Holifestival.

Rechtover de Gateway ligt het Taj Mahal-hotel van de Tata-familie, de eigenaars van de Indische autofabriek. Het hotel werd in 2008 gedeeltelijk verwoest bij een bomaanslag door islam-terroristen, waarbij 167 doden vielen. Het werd in 6 maanden terug opgebouwd.

En dan komen we aan de krottenwijken, waar de wasserijen van Mumbai gevestigd zijn. De activiteit ligt stil vandaag, maar iedereen is besmeurd met verf. Ook wij worden onder vuur genomen met bolonnetjes gevuld met waterverf en verfpoeder, maar het blijft allemaal nogal speels. De kinderen vragen zelfs beleefd of ze ons gezicht mogen kleuren. Natuurlijk gaat iedereen graag op de foto. In de visserswijk spelen kinderen in het water. Ook hier is het feest en midden de schrijnende armoede zien we alleen blije gezichten.

Onze taxichauffeur brengt ons verder langs de lanen met koloniale gebouwen, parken, cricketvelden, tempels en het Ghandi-huis. De man heeft tijd, stopt overal en geeft de nodige uitleg. En dit allemaal voor 300 roepia (4,5 euro) per persoon. Een 'officiële' rondrit, geboekt via het reisagentschap kost 18 euro. 's Middags lunchen we in de Leopold, een westers ingericht jaren zestig restaurant. De tandoori-kip muntsaus en de onvermijdelijke Kingfisher smaakt voortreffelijk.

In de namiddag hebben we tijd voor een aangename combinatie van cultuur en rustig genieten. We maken een boottocht naar het Elephanta Island, een eiland op een uur varen van de Gateway. Het weer is heerlijk en de tocht naar het eiland met de openbare veerboot rustgevend. De Shivatempel op Elephanta is een laatste verrassend hoogtepunt. De grottempels bevatten meesterlijke heelbouwwerken van Shiva in al zijn gedaanten, als Mahesamuri met de drie gezichten, als Ardhanarishvara, de god als belichaming van man en vrouw, als Gangadhar de riviergod. Tegen de avond keren we terug. De wind is wat opgestoken en soms spet het water in de boot. Wij vinden het verfrissend, maar de Indiërs zijn niet zo happig.

's Avonds houden we ons laatste avondmaal met de groep. Vannacht om 4u00 vliegen we huiswaarts via Dubai. Voor ons mocht het gerust nog wat langer duren. Dit India is ons nog beter bevallen dan het noorden. De natuur met zijn rijstvelden, palmplantages en de jungle, de ontelbare tempels, de kleurrijke mensen, het chaotische verkeer, de ondankbare bedelaars, de armoedige nederzettingen, het heeft alles een onuitwisbare indruk nagelaten. En mijn motorhart gaat ook wat vlugger kloppen bij het gepuf van een 500 cc Royal Enfield Bullet een-cilinder.

Als je ooit naar India gaat, begin met het zachte zuiden.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!